Neoklassieke pianomuziek heeft sinds 2015 ook een Belgisch uithangbord: Wouter Dewit. Wanneer ‘La durée.’ in 2017 opgepikt wordt door de Spotify-playlist ‘Peaceful Piano’ ziet de Limburgse componist zijn populariteit exponentieel toenemen. Met vandaag bijna 21 miljoen Spotify-streams op zijn conto, misstaat Dewit allerminst in het rijtje van artiesten als Nils Frahm, Johan Johansson en Joep Beving.
Net als voorgangers ‘Still’ (2017) en ‘Here’ (2019) neemt veilige haven Zealrecords ook Dewits nieuwe album onder haar vleugels. De nieuwe worp kreeg de naam ‘a place I need to be’ en is een destillaat van zijn dertig jaar als pianist. Waar Dewit voorheen nog veel arrangeerde en met strijkers en elektronica werkte, laat hij deze keer de piano aan het woord.
“‘Still’ en ‘Here’ waren duidelijk twee hoofdstukken van een verhaal en in mijn hoofd was ik al bezig aan het derde. Het nieuwe album, echter, is géén vervolg op die eerste twee platen en staat meer op zichzelf. Het vertrekt vanuit de specifieke klank van de piano in de studio. Het resultaat is een combinatie van improvisatie en compositie”, vertelt Dewit. Al had hij ‘a place I need to be’ nooit kunnen maken zonder de vorige twee albums. “Het nieuwe album klinkt minder ingewikkeld en dat had ik misschien niet gedurfd bij de eerste twee platen, omdat ik daar blijkbaar toch nog het gevoel had dat ik iets moest bewijzen. ‘a place I need to be’ drijft op de ritmische figuren en harmonische kleuren waar ik al dertig jaar naar op zoek ben en die ik heb kunnen uitpuren.”
Waar de vorige albums meer gekleurd werden door de herfst en winter, vormde de lente van 2020 de meest prominente inspiratiebron voor het creëren van dit album. Het nieuwe album heeft niet onmiddellijk iets te maken met de lockdown waar België zich toen in bevond, dan wel met de tuin aan het huis waar Dewit naar verhuisd was en die in de lente tot volle bloei kwam. “Het was vijf weken lang prachtig weer. Door de lockdown zat ik thuis en zag ik de tuin dag op dag veranderen. De populieren schoten uit, alle bloemen kwamen terug tot bloei. Achteraf hoorde ik de lente in wat ik gespeeld had. Al zit er ook een donkerte in de muziek. Misschien was dat dan toch ook de isolatie van dat moment. Dat is het voordeel aan instrumentale muziek, het vertolkt alles wat ik niet in woorden gezegd krijg en ontslaat mij van de dwang tot het vormen van een mening.” Het album zelf werd op drie avonden opgenomen, in de volgorde zoals het op plaat staat zonder verdere voorbereiding, met de klank die Joris Peeters als producer maakte in de hoofdtelefoon.
‘now is not the time’ is het eerste nummer en vormt de architecturale tekening voor de rest van het album. “Dat nummer was er plots en legde het fundament voor alles wat erna komt, het was alsof ik een blauwdruk in handen kreeg. Alle elementen die in het verdere album worden uitgediept, komen aan bod. Dan heb ik het over steeds dezelfde ritmische figuren, veel ruimte voor klank, nauwelijks melodische elementen en de duidelijke focus op de dynamiek van het pianospel.” Ritmisch is ‘now is not the time’ enigszins dansbaar, wat niet typerend is voor neoklassiek. “Ik ben klassiek opgeleid, maar heb tien jaar lang jazz gespeeld. Die swing blijkt zich terug een weg in mijn spel te zoeken. Dat heeft me wel verrast.”
‘you feel like air’ komt na een rustpunt, ongeveer midden in het album en is een nummer dat het meest lijkt op een wals, zoals grootste hit ‘La durée.’. “Ik was verbaasd toen dat uit mijn pianospel naar voren kwam. Ik verwachtte niet dat er een zweem van ‘La durée.’ voorbij zou komen, maar het bleek een motief te zijn dat nog steeds in m’n vingers zit.”
Van zodra een album klaar is, gaat Dewit op zoek naar de titels voor de nummers. Dat kan pas van zodra hij weet wat voor sfeer in de composities schuilt. “Er komt altijd een moment dat ik op één of andere manier ontvankelijk wordt voor de juiste woorden. Datzelfde geldt voor het kunstwerk van Jilca Van Tienen op de hoes. Het album blijkt achteraf gezien ook te gaan over beweging. Door onze tuin zo te zien veranderen ontstond er in mijn hoofd een vorm van dynamiek, al was ik geografisch gezien steeds op dezelfde plek. Noem het een stilstaande vorm van bewegen. Die symboliek zit in alle titels van dit album.”
‘a place I need to be’ is een album dat schaamteloos mooi is. “Schoonheid is een moeilijk concept. Als het een doel op zich wordt, dan hou je enkel kitsch over en perverteer je je eigen werk. Dat moest ik loslaten, zoals ik mijn hele eigen aandeel in dit album moest loslaten. Het doet denken aan een citaat van Roger Scruton: “Beauty rises above the individual artist and is a judge to him.” Toen ik dat las, kon ik het album beluisteren alsof het niet meer van mij was. Het is de eerste keer dat ik zo tevreden kan zijn over een werk, net om dat het niets meer met mij te maken heeft.”